Het gebruik van menselijk embryo’s voor wetenschappelijk onderzoek komt sinds enige jaren steeds vaker in de actualiteit. In de publieke discussie naar aanleiding hiervan valt één bijzonderheid telkens weer op. Er wordt praktisch altijd meteen in normatieve zin over gesproken. ´Het mag, mits …´ of ´het mag niet, tenzij …´. Vaak gedane verwijzingen naar therapeutische mogelijkheden bij ernstige aandoeningen als de ziekte van Parkinson accentueren dit onmiddellijk-normatieve aspect van de discussie. Vrijwel altijd ontbreekt een breder, in eerste aanleg neutraal filosofisch perspectief. Daardoor is de oordeelsvorming gebrekkig onderbouwd. Dit gebrek stelde de Vereniging voor Filosofie en Geneeskunde in haar jaarvergadering 2001 aan de orde.
Van de voordrachten van Hans Achterhuis (Universiteit Twente) en Jean-Pierre Wils (Centrum voor Ethiek, Radboud Universiteit Nijmegen) zijn de volgende artikelen verschenen in het Tijdschrift voor Gezondheidszorg en Ethiek (2002:12:2): Techniekfilosofie en embryo’s; De embryo impasse.